Op zaterdag 17 december was het dan zover, na ronde 1 besloten te hebben met een gelijkspel en de afgelopen rondes duidelijk gewonnen te hebben stond nu de wedstrijd tegen Philidor-3 op de planning.
Het gevoel dat het geen makkelijk karwei zou worden werd ‘s-ochtends versterkt toen duidelijk werd dat we met slechts zeven man zouden kunnen afreizen naar Leeuwarden. Kort hadden we nog hoop op een miraculeuze invaller, maar die hoop bleek tevergeefs. We reisden gescheiden van elkaar naar Leeuwarden. Vier man inclusief ondergetekende vertrok met de boemel en het andere gezelschap koos voor de auto. Ikzelf dacht het met Google Maps allemaal wel te weten; met het treintje naar Leeuwarden Camminghaburen en dan vanaf daar een klein halfuurtje wandelen naar de speelzaal. In Leeuwarden aangekomen bleek dat allemaal toch wat minder simpel dan van te voren gedacht. De wandeltocht door de kou door een niet bijster boeiend deel van Leeuwarden werd sterk bemoeilijkt door de gladde straten. Ik geloof zelf dat die Friezen bewust niets strooien omdat ze hopen dat de weergoden hun ooit zullen belonen met de Elfstedentocht. Al glibberend en glijdend kwamen we gelukkig op tijd aan bij de speelzaal zonder noemenswaardige verwondingen.
De wedstrijden werden gespeeld in een speelzaal waar ook twee andere teams van Philidor speelden en daar werd kort op gewacht zodat we met zijn allen tegelijk aan de wedstrijden konden beginnen. Kort na enen gaf wedstrijdleider Hiddo Zuiderweg dan het verlossende sein en konden de klokken in beweging worden gezet. Het achtste bord bij ons bleef dus leeg en zo kon het eerste punt voor Philidor genoteerd worden (1-0). Op bord 7 gebeurde erg veel in hele korte tijd. Annelies speelde zoals ik Annelies het afgelopen anderhalf jaar dat ik nu bij GC rondloop vaker heb zien doen: de tegenstander gelijk vol bij de lurven grijpen. De zwarte dame ging in de eerste tien zetten het halve bord rond en stond een paar zetten later al zo goed als ingesloten. Een handige zet van Annelies later hing de zwarte dame of een volle toren en de tegenstander gooide logischerwijs de handdoek in de ring (1-1). Voor mijn gevoel en ik geloof ook voor dat van de teamgenoten hadden we amper achter gestaan zo snel had Annelies het punt al bijgeschreven. Naderhand vroeg ondergetekende nog of Annelies haar partij wilde prijs geven maar ze deelde mee dat ze ‘de jeugd’ niet wijzer wilde maken dan nodig.
Op bord 1 Speelde Sandro met wit creatief (tikje dubieus). Wat begon als een Siciliaan veranderde snel in een op het oog niet al te beste Doorschuif-Frans voor wit. Er werd wel spanning in de stelling gebracht via een mini-rooklift van e1 via e3 naar g3.

Ik vond het zelf moeilijk te beoordelen dus dat liet ik maar aan Sandro over. Ik zelf zat op bord 2 met zwart tegen Hette van Popta. Ik kwam in een zijvariant van een siciliaan terecht waar ik mezelf wel senang invoelde. Op zich voor beide kanten weinig aan de hand maar wel lekker asymetrisch. De zwarte koning voelt zich een beetje onprettig op de half open e-lijn maar voor de rest lukt het structuur-technisch allemaal wel bij zwart. Tot mijn geluk speelde wit bovendien 11. f4?. DIt leek me tijdens de partij niet erg logisch nadat wit eerder al Tfe1 had gespeeld en bood mij mooi de ruimte om rustig 11… Pe7 te spelen en mijn stelling verder te fatsoeneren.

Ondanks dat ik me prettig voelde over mijn stelling had ik redelijk wat tijd gebruikt, mijn tegenstander ging nu in de denktank op zoek naar een wit plan, en die gebruikte ik om bij de andere borden te kijken. Op 3 speelde Mathijs tegen Siegbert de Jong. Mathijs kwam ook in een Siciliaan terecht maar dan vanaf de witte zijde. De variant die op het bord kwam kende ik zelf vrij goed vanaf de zwarte zijde dus ik was benieuwd hoe de tegenstander dit ging aanpakken; zwart het loperpaar, wit de betere pionnenstructuur. Zwart speelde het wat onhandig en zo kon Mathijs 1 setje lopers ruilen waarna ik het idee had dat er nog maar 2 resultaten in de partij zaten.

Op 4 speelde Jouke tegen Pieter Hoekstra. De opening van deze partij heb ik niet helemaal gevolgd maar ik had het idee dat er niet veel aan de hand was. Wel leek het alsof wit wat meer ruimte en initiatief had maar een direct aanvalsplan zag ik zelf niet. Op 5 speelde Roel (voor insiders de Roeler) met wit tegen Pieter Ploeger. Ik vond het er allemaal wel mooi uitzien voor Roel. Met zijn centrumpionnen had hij mooi wat ruimte opgeëist en zwart leek wat verdrukt te raken. Op 6 tenslotte speelde Gerard tegen Leo van Maanen, Gerard was erop gebrand om weer eens een 1 te kunnen noteren nadat hij het naar eigen zeggen wat had weggegeven de laatste partijen. Toen ik langskwam zag het er al goed voor Gerard uit, het was me niet helemaal duidelijk hoe dit tot stand was gekomen maar al vrij snel speelde wit met een geïsoleerde pion op e3. Beetje bij beetje was Gerard dit voordeel aan het melken en toen ik wegliep had ik in mijn hoofd met potlood al een eentje neergezet.
Terug naar mijn eigen partij, nadat wat kleine stukken afgeruild werden ontstond er een wilde stelling. Mijn eigen dame was via a5 en d2 de vijandelijke zevende linie ingetrokken maar wit had met 2 zware stukken controle over de open e-lijn. Op zet 24 gaat wit echter helemaal de mist in met 24. Dxc6??

Hoewel het een logische zet lijkt om de pion te slaan en de hele pionnenstructuur van zwart op te rapen, heeft zwart een mooie combinatie te beginnen met: 25.. Pe7! Het paard kan niet geslagen worden door de toren op e1 omdat dan de toren op d1 hangt met schaak, en op elke zet van de witte dame antwoord zwart met 26.. Pf5 met een dubbele dreiging. Enerzijds dreigt zwart op g3 te slaan en snel mat te geven, anderszijds drijgt zwart de loper op d4 te slaan, en vervolgens via Txb2 mat op de zevende rij te geven op h2 of g2. De partij ging nog even verder maar na: 25. De6 Pf5 26. Lc3 pxg3+ 27. Kg1 Pe4 28. Ld4 kreeg ik zelfs nog een mooie mat op het bord: 28… Txb2 29. Lxb2 Df2+ 30. Kh1 Pg3#.

Ondertussen was Roels partij in remise geëindigd en stond het dus 1,5-2,5 voor de onzen. Vrij vlug daarna wist ook Gerard zijn partij over de streep te trekken en stond het zelfs 1,5-3,5 met Sandro, Mathijs en Jouke nog bezig. Sandro’s stelling was plots heel goed geworden; zwart had een paard geofferd (weggegeven?) en dat zag er zo uit:

Ondanks de tijdnood kwam Sandro niet meer in de problemen en was de overwinning een feit 1,5-4,5! Voor het publiek maakte hij het nog erg spannend door op increment te spelen en een zet te doen met nog 3 seconden resterend. Zelf zei hij daar na afloop over dat ie het qua tijd wel allemaal in het snotje had. De partij van Jouke werd langzaam een erg vervelende, hij kwam in een eindspel terecht met 4 pionnen en een loper tegen 5 pionnen een paard. Nadat dit uiteindelijk veranderde in twee pionnen meer bleek het vege lijf niet meer te redden: 2,5-4,5. Resterende was nog de partij van Mathijs; een partij die voor het publiek en volgens mij voor Mathijs zelf ook niet een erg interessante partij meer was. In een toreneindspel dat potremise leek bleef Mathijs zijn tegenstander lang geloven in een overwinning. Toen die er uiteindelijk toch niet bleek te zijn werd dan toch de vrede getekend en dus 3-5.
Met de matchpunten in de tas keerden we huiswaarts, omdat het donker was geworden durfden de OV-gangers niet meer de glibberende wandeltocht te maken en besloten we maar de bus te nemen naar het treinstation. Volgende halte voor de GC-5 trein is overigens Mid-Fryslân 1. Op 11 februari treden we in een (volgepakt?) Denksportcentrum aan tegen het enige team zonder verliespunten. Dat belooft wat..

Jim Klooster
Geef een antwoord
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.