Zaterdag 1 februari speelde Groningen Combinatie 2 tegen Caissa Eenhoorn. Een “back-to-the-roots” ervaring voor de schrijver. Ik heb mijn jeugd doorgebracht in Westfriesland en heb tegen het merendeel van de spelers van het Hoornse team (vaak) mogen spelen. De meeste van de Eenhoorn-spelers zijn niet meer woonachtig in Westfriesland, maar blijven desondanks wel bij de club spelen. Een hecht team, aangevuld met Tom Balla, mijn oud-clubgenoot, als team captain.
En dan de wedstrijd. Zoals de titel al vertelt: het was het weer net niet. Groningen Combinatie 2 verliest wederom met een minimaal verschil van 5,5-4,5. Dit is ons al meerdere keren overkomen, en in alle gevallen hadden we kansen op meer. Ook dit maal. Toegegeven, er waren ook een paar partijen die onze kant opvielen. Dus ik zal zeker niets afdingen op het resultaat. Maar zonde is het wel.
Voordat ik inhoudelijk de partijen bespreek, moet ik opbiechten dat ik een vrij waardeloze verslaggever ben. Als ik schaak, ben ik vooral bezig met mijn eigen partij. Een goede eigenschap voor een schaker, maar niet voor een verslaggever. Jullie moeten het er maar mee doen. Op zijn best kijk ik sporadisch naar de andere borden, maar meer dan onbewust punten of stukken tellen zit er niet bij (gelukkig dat de partijen live werden bijgehouden). Uitzondering zijn de partijen van buren, in dit geval Maurice en Anna.
Na een uur of drie spelen deed ik zo’n onbewust rondje. Mij staat bij dat ik dacht dat de Eenhoorn er iets beter voor stond, maar dat alles nog mogelijk was. Daan Noordenbos speelde remise tegen Ron Deen. Daan leek even iets te hebben tegen de witte koning, maar dat verwaterde vrij snel weer. Alef won van Alexander Geerts en Rudolf verloor tegen Ardjan Langedijk. Ardjan speelde een mooi torenoffer, waarna zwart’s stelling werd opgerold. In het verslag van de Eenhoorn gaat Peter Doggers uitgebreider in op deze partijen. Daar zijn ook alle credits voor Alef’s middenspel te vinden, wat ons uiteindelijk een belangrijk punt opleverde. Het stond dus 1,5 – 1,5. Echter, een aantal van onze stellingen leken niet zo best. Christofoor stond moeizaam, Adrian was niet helemaal lekker komen te staan. Daar tegenover stond een plusje bij Anna en ook Loek was lekker bezig. En dan de partij van Maurice. Hij was aan het buffelen op het eerste bord. En wat kan die vent buffelen.
Onderstaande stelling kwam op het bord na 24 zetten.
Na een mooie opening te hebben vergooid, komt Maurice krampachtig te staan. Zwart heeft alles: sterke lopers, actieve toren, zwakke b-pion. Ik zag het niet zo zitten bij mijn linkerbuur. Maurice doet als of zijn neus bloedt.
25. g4.
Zwart komt niet verder op de damevleugel en Maurice begint tegenspel te zoeken op de koningsvleugel. Zwart besluit vervolgens de g-pion tegen te houden met g5, maar verzwakt daarmee wel zijn koningsstelling. Enige zetten later had Maurice weer wat grip op de stelling gekregen.
Zijn tegenstander deed een rondje langs de borden, en concludeerde, anders dan mijn inschatting, dat de Eenhoorn er niet best voor stond. Hij besloot tot iets drastisch. Echte teamspirit! Hij kwam met: 32. … Dh8.
Nou Arne, als je het hebt over een zet van een waanzinnige, dan is dit het wel: het ziet er gewoonweg niet uit. Zwart sluit zijn dame op (even een dooddoener tussendoor: de engine vindt dit gewoon gelijk). Uiteindelijk pakt het goed uit voor zwart.
Maurice opent de stelling en de engine laat zien dat de zet 35. Th1? een blunder is. Zwart handelt correct: 35. … Dc8! 36. f3 Txe4! en zwart wint.
Loek speelde tegen Martijn Monteban een puike partij. Het 300-ratingpunten nadeel was niet merkbaar. Het grootste deel van de partij heeft hij de overhand gehad. Er was 1 kans voor meer.
Hier speelde Loek 36. … Ld4. In plaats daarvan had hij groot voordeel gehad na 36. … De1! Om te overleven moet wit bokkesprongen doen: 37. Pe1 Te2 38. Kh1. Zwart heeft groot voordeel. Loek pakte deze kans niet, maar wist de partij wel soepel naar remise te brengen. Een goede prestatie.
Christofoor had de hele partij moeizaam gestaan. Hij incasseerde een kwal, maar de prijs was te hoog. Hij stond het merendeel van de tijd verloren, maar vocht zich knap terug. In het eindspel resulteerde dit nog in een studieachtige-remise-kans.
Hier had zwart remise kunnen maken met: 47. … Tb2+ 48. Kc1 Tg2. Wit kan niet promoveren omdat zwart eeuwig schaak dreigt. Maar na 49. a4 heeft zwart net genoeg tijd om de c-pion naar voren te werken. 49. … Tg1 50. Kc2 Tg2 51. Kb1 Tg1 52. Ka2 c3 53. D8-D c2. En wit heeft niet beter dan remise maken. Deze kans was een lastige. Christofoor speelde het logische 47. … c3 en verloor weldra.
Op dat moment begon ik met tellen van borden. We hadden twee bordpunten, er moesten er nog drie bij. Ikzelf, Anna, Adrian en Peter waren nog bezig. Lastig, maar niet ondenkbaar.
Anna speelde een strakke pot. Een openingsvoordeel werd omgezet in een pluspion in het eindspel.
Wit heeft een vrijpion, en kan zich richten op de verzwakking op a7. Een logische zet is 36. Le5 om daar gebruik van te maken. Ik zie dan niet hoe zwart het zaakje nog bij elkaar houdt. Na Lf6 wordt de h-pion erg gevaarlijk. Anna speelde 36. a5 en nadat meerdere pionnen werden geruild, was het niet meer te winnen. Helaas.
Adrian stond moeizaam tegen Henk-Jan Visser. Maar wat is die vent gevaarlijk. Een onoplettend moment van Henk-Jan, en hij sloeg toe, en kreeg een gewonnen stelling. Een mooi meevaller voor ons. Zeker aangezien Henk-Jan in de flow was na een super Tata-toernooi.
En dan mijn eigen partij. Al vele keren heb ik tegen Daan Zult gespeeld. Nooit wist ik wat ik moest doen tegen zijn irritante 1. c4 systeem. Eindelijk had ik wat gevonden en dan speelt hij gewoon mainline d4 (maar wel pas op zet 3). Gevolg is dat we allebei snel out-of-book zijn, en dan kunnen we schaken. De stelling gaat wat op en neer en na een blunder van Daan, win ik een cruciale pion en kom gewonnen te staan.
24. Pe2? Lxe2 25. Txe2 Pbxd4
Ik pak het daarna weer niet handig aan en verspeel mijn voordeel. Gevolg is een gelijk eindspel met loper en toren voor wit en paard en toren voor zwart.
Vroeger stond Daan er om bekend dat hij “niet aan eindspelen deed”. Voor die tijd had hij al gewonnen of verloren. En de enige eindspellen die hij wel op het bord kreeg, waren toreneindspelen. Ik rook dus kansen. En langzaam aan werd mijn stelling steeds beter. Uiteindelijk was het niet meer te houden voor Daan. Wat is een paard, toren en vrijpion een dodelijke combinatie tegen een solo koning. En toen stond het 4,5 – 4,5 met nog 1 bord te gaan.
Het finale sluitstuk vond plaats op bord 9. Hier waren de Peter’s (Peter Bosker – Peter Doggers) hun duel aan het uitvechten. Een kraker. Na de opening kwam onze Peter duidelijk in het voordeel: hij had de betere stukken en pionnen. Dit sloeg om en aan het eind van de tijdnood was hun Peter in het voordeel. Het werd vervolgens een toreneindspel met een plus pion voor hun Peter. Er zijn een meerdere remise mogelijkheden geweest. En zelf een drie-keer-dezelfde-stelling op zet 65. Door tijdnood werd dit gemist door onze Peter en dus ging hun Peter ging er met het punt en de matchpunten vandoor. So close. De positivo in mij zegt: dat moet een keer goed gaan!
*Uitgelichte foto: Co Buijsman, van de website van CaïssaEenhoorn
Jaap Ham :
9 februari 2020
Eerder een zeer waardevolle verslaggever, die de gebeurtenissen op de diverse borden toont middels diagrammen en het vervolg, chapeau!!!