Het idee klopte wel aardig. De top afstoppen en scoren aan hun lager gerate borden. Voor het eerst hadden onze borden 6, 7 en 8 een ratingoverwicht. Helaas vertaalde dit zich naar drie verliespartijen, een bittere tegenvaller. Overigens niets dan lof voor Wim van Beersum die met een half uur minder op de klok het wegblijven van Kawar opving.
Overigens liep het best aardig, al verdient het aanbeveling Roberts partij met commentaar eens rustig na te lopen. Ewout hield met zwart het eerste bord netjes op remise. Govert op 2 wist een pluspion in het eindspel nu wel te verzilveren (zie het partijfragment). Henk won voor de tweede maal op rij, en heeft de smaak te pakken. Reno speelde opnieuw een sterke partij, en won na een vergissinkje van zijn oppo.
Robert had de 4-4 in handen, kreeg hem aangeboden mag ik zeggen, maar weigerde beleefd. Hmmm.
Groninger Combinatie 3 | 1920 | 3½ | Denk en Zet/O&O Kampen | 1891 | 4½ | |
---|---|---|---|---|---|---|
1. | Ewout Clarenburg | 1975 | ½ | William Cornelissen | 2030 | ½ |
2. | Govert Pellikaan | 1939 | 1 | Muharem Mujkanovic | 1999 | 0 |
3. | Robert de Boer | 2023 | 0 | Johan Redeker | 2059 | 1 |
4. | Reno Emerencia | 1994 | 1 | Hans Spoelstra | 2007 | 0 |
5. | Henk Bosveld | 1942 | 1 | Jarno Visscher | 1894 | 0 |
6. | Taco van de Poel | 1904 | 0 | Berd Ekkelboom | 1803 | 1 |
7. | Machteld van Foreest | 1725 | 0 | Wilke Kronemeijer | 1637 | 1 |
8. | Wim van Beersum | 1859 | 0 | Seine Hakkers | 1701 | 1 |
Reno Emerencia :
8 november 2016
Ik wil graag even reageren op de partij en analyse van Robert. Hij miste op de tiende zet namelijk een prachtig stukoffer in zijn partij. Toen ik nog het Frans speelde een paar jaar geleden, had ik deze variant ook in mijn repertoire. Volgens Moskalenko (The Flexible French) is 10…Pc6 eigenlijk al niet goed, want na 11. Pc3 grijpt wit het initiatief vanwege de dreiging Pe4-d6. 11…Da5 is dan inderdaad nog de beste verdediging, maar volgens Moskalenko is zowel het eindspel na 12. Dxa5 Pxa5 13. Pb5 Ke7 14. Pc7 Tb8 15. d4 (Boersma – Kortchnoi, 1977) als de stelling na 12. Dg4!? Kf8 13. Lb5 gunstig voor wit.
Moskalenko beveelt dan ook het fraaie stukoffer 10…Ld7!! aan. Een paar jaar geleden kreeg ik deze stelling daadwerkelijk op het bord in een partij in de interne competitie tegen Annelies van den Heuvel. Die partij ging als volgt verder:
10…Ld7 !! 11. Dxd4 Dc1+ 12.Ke2 Lb5+ 13. d3 (13. Ke3 Lxf1 is de andere hoofdvariant) 13… Td8 14. Pbd2
Hier blunderde ik met 14…Lxd3+ ?? Correct was 14…Da3! en zwart heeft voldoende compensatie. Ik herinner me nog dat ik de drie logische damezetten die wit nu heeft (twee goede en een slechte, te weten 15. Df4, 15. Dg4? en 15. Dh4) destijds uitgebreid heb geanalyseerd, maar die analyse heb ik helaas niet opgeslagen.
15. Ke3 ? (wit had mijn veertiende zet snoeihard kunnen weerleggen met 15. Dxd3 ! Dxa1 16. Dc2! met beslissend voordeel want de zwarte dame op a1 zit in de val. Na deze gemiste kans voor wit wist ik de partij zowaar nog onverdiend te winnen.)
15… Da3 16. Dxd8+ Kxd8 17. Lxd3 Pe7
18. Pb3? (18. Ke2 Nd5 19. g3 is nog altijd iets beter voor wit) 18… Pd5+ 19. Kd2 Db2+ 20. Lc2 Dc3+
21. Kc1 Ke7 22. a3 Tc8 23. Pfd4 a5 (etc, met een winnende aanval voor zwart)
(Reno)
Govert Pellikaan :
8 november 2016
Ik ben nu wel benieuwd wat diezelfde Moskalenko hierover te zeggen heeft in zijn boek ‘The even more flexible French’ dat in handen van Jasper is. Jasper?