GC3 speelde 4 februari de stadsderby tegen Staunton. Staunton speelt al jaren KNSB en doet het nooit slecht. Een geduchte tegenstander dus. Omdat teamleider Govert druk was met de DGT-borden voor SISSA nam ik de honneurs waar voor de opstelling en dacht van de gelegenheid gebruik te maken door 4-4 voor te stellen, maar daar wilde Piet Mulder van Staunton niet aan. Hij hoopte dat Staunton na vandaag nog voor het kampioenschap
kon gaan en daar moest voor gewonnen worden.
Staunton had geen verrassing in de opstelling, GC3 wel. Govert wist dat Yeb Blom op bord 1 bij Staunton zat en Govert heeft een goede score tegen Yeb, dus Govert op bord 1. Ewout had daarom plaats genomen aan bord 6, het Govert-bord zeg maar. De rest zat op zijn gewone plek en dat was achteraf misschien geen goede keus. Reno heeft namelijk altijd wel wat tijd nodig voor zijn partij opzet en hij moest tegen snelheidsduiveltje Jonas Hilwerda. Daarnaast speelde Henk tegen Hans Polee en Henk is door de jaren heen hofleverancier van Polee. Ook speelde ik tegen een speler waar ik de laatste jaren alleen maar van verloor namelijk Paul Hummel. Wel de teams waren opgesteld en we konden niet meer terug.
Bij GC3 lag er geen druk, immers handhaven was voldoende en een matchpuntje voldeed daarvoor. Verder speelden we in de vertrouwde omgeving van het DSC en was er een echte schaaksfeer doordat de Spassky’s en drie SISSA-teams ook hun wedstrijd in het DSC speelden. Er werd dan ook vrij onbekommerd geschaakt. Misschien iets te onbekommerd want in no-time verloor Kawar. Ik dacht dat hij beter stond maar op een of andere wijze was een vrij onschuldige koningsaanval, tenminste zo leek het, van Edwin Zuiderweg (tegenwoordig jammer genoeg spelend bij Staunton) hem fataal geworden.
Iets met zwarte velden rondom de koning die niet meer verdedigd konden worden, begreep ik. 1-0 voor Staunton.
Daarna gebeurde er een hele tijd niets totdat kort achter elkaar twee partijen in remise eindigden. Henk wist na jaren de ban te doorbreken en hield Hans Polee op remise. Henk gaf na afloop aan dat hij wat beter stond na de opening en dat hij een prettige stelling had maar niets concreets. Mark had al vroeg in het middenspel remise aangeboden na een massale stukkenruil maar John Riksten had dat afgewezen, te vroeg in de wedstrijd gaf de Staunton-speler aan. Daarna leek Mark in de verdediging gedrukt te worden maar door nauwkeurig spel wist hij voldoende tegen kansen te creëren en uiteindelijk restte een toreneindspel met ieder twee pionnen op één vleugel. Remise. 2-1 voor Staunton.
De rest van de borden gaf geen aanleiding voor juichen. Reno was in gierende tijdnood gekomen, hij had zo’n 30-40 seconden op de klok en kreeg er elke zet 30 seconden bij, ik leek wel goed te staan maar er kwam een koningsaanval aan, Govert zijn stelling was rommelig wat overigens bij Govert een pluspunt is, Machteld had geen voordeel en Ewout stond wat prettiger maar ook niet meer dan dat. Prognose was dan ook winst voor Staunton maar het liep allemaal anders.
Ewout wist beter waar het om ging en overspeelde Erwin van Pelt in korte tijd en won. Niet veel later wist Govert een partij vol wederzijdse fouten te beslissen door een mooi gecomponeerd mat met dame-offer wat bij goed spel van Yeb Blom niet mat had hoeven te gaan. De Staunton-speler was helaas voor hem in grote tijdnood gekomen en wist de mat-patronen niet te ontrafelen, laat staan te ontregelen. 2-3 voor GC3.
Reno had zijn tijdnood niet overleefd. Een gelukkige overwinning voor Jonas Hilwerda werd er gezegd. Reno was met zwart in een lijfvariant van Jonas terechtgekomen, een onschuldige opzet maar met weinig aanknopingspunten voor zwart. Jonas had na een 15-tal zetten al een tijdsvoorsprong van meer dan een half uur en bleef druk en kleine dreigingen houden waardoor Reno een nog grotere meer tijdsachterstand kreeg. Achteraf gezien was een andere tegenstander voor Reno beter geweest. Ik was opgelucht nadat ik de aanval van Paul Hummel had overleefd maar was ook wel geërgerd over mijn niet doortastende spel. Ik “vluchtte” daarom in een toreneindspel maar daarna werd het snel remise omdat ik mijn laatste kans voorbij liet gaan. 3,5-3,5 dus.
Toen was er nog één partij bezig. Machteld van Foreest (wit) tegen Piet Mulder (zwart), de teamleider die dacht nog voor het kampioenschap te kunnen gaan. Misschien had Piet zich daarmee te veel druk opgelegd. In een eindspel met loper (Machteld) tegen paard (Piet) en enkele pionnen leek zwart met zijn vrije d-pion en actieve koning de beste kansen te hebben. Piet koos echter onder lichte tijdsdruk de verkeerde zet. Machteld kreeg een vrij h-pion, de zwarte koning moest helemaal terug, de vrije d-pion werd geblokkeerd en de dame-vleugel van zwart werd opgeruimd waarna onder belangstelling van velen Machteld haar a- en b-pion gesteund door de loper rustig naar voren schoof.
Zo werd het dus 3,5 tegen 4,5 en staat GC3 derde op één punt achterstand van ZSG en Almelo. Hadden we niet verloren van de hekkensluiter dan waren we koploper geweest, maar dan hadden we vandaag waarschijnlijk ook niet zo onbekommerd gespeeld.
Govert Pellikaan :
8 februari 2017
Aanvulling Ewout:
“Wit stond misschien iets voordeliger. Optisch leek het alsof wit veel beter stond en dan is de neiging tot forceren groot.
Wit verloor een pion en deed wat rare koningszetten waardoor de zwarte toren via de h-lijn kon binnendringen.”
Robert de Boer :
10 februari 2017
Ewout,
Bedankt.
Pion verliezen, rare koningszetten, verkeerd inschatten van de stelling is voor mij gelijk als overspeeld worden omdat je minder goed weet waar het omgaat (ik heb dat zelf vaak genoeg meegemaakt, overspeeld worden). Jij bent beter dan je denkt!
Mag de partij ook bij het verslag op de website? Ik wil wel analyseren.